Minister Jetten (Klimaat) werkt aan een spoedwet waarmee vanaf januari 2025 de prijzen voor stadswarmte aan striktere regels gebonden zijn. In de tussentijd is het de taak van lokale overheden, woningcorporaties en energieaanbieders om de financiële lasten voor huishoudens te verlichten.
In verschillende steden kampen bewoners met hoge rekeningen voor stadswarmte, en woningcorporaties zijn terughoudend om naar warmtenetten over te schakelen door de hoge basiskosten. Minister Rob Jetten van Klimaat en Energie (D66) heeft een spoedwet voorgesteld die de kosten voor consumenten moet beperken.
In Amsterdam hebben woningcorporaties besloten te stoppen met het aansluiten van nieuwe woningen op stadswarmte, een beweging die tegen de stedelijke doelstelling ingaat om tegen 2040 volledig van aardgas af te zijn. Deze beslissing kwam na een aanzienlijke verhoging van de vaste lasten door energieleverancier Vattenfall, wat leidde tot een jaarlijkse kostenstijging van ongeveer 600 tot 800 euro voor huurders, in tegenspraak met eerdere beloftes.
De spoedwet wordt binnenkort in de Tweede Kamer besproken, met de verwachting dat vanaf januari 2025 de financiële lasten voor bewoners zullen verminderen. De overheid erkent dat de prijsverhogingen in grote steden problematisch zijn en streeft naar een tijdelijke regeling om de impact te verzachten.
Tot de invoering van de nieuwe wet hoopt men dat er onderlinge afspraken gemaakt worden tussen woningcorporaties, gemeenten en energieleveranciers om de prijsstijgingen op een rechtvaardige manier op te vangen. Dit is vooral belangrijk omdat bij stadsverwarming consumenten niet de vrijheid hebben om van aanbieder te wisselen, zoals bij gas.
Stadsverwarming wordt gezien als een essentieel duurzaam alternatief voor gas, met al een half miljoen Nederlandse huizen aangesloten op warmtenetten. De focus ligt nu op het bereiken van een overeenkomst tussen corporaties, energieleveranciers en de gemeente Amsterdam om de kosten voor sociale huurders te beperken, nadat eerdere pogingen mislukten. Er wordt binnenkort een nieuwe poging ondernomen.