Alles over een gezond binnenklimaat volgens de bouwbiologie

Deel

Gekopieerd

Vanuit de bouwbiologie zijn er 25 richtlijnen opgesteld als uitgangspunt voor een gezonde, natuurlijke, duurzame en mooie leefomgeving. Deze richtlijnen zijn verdeeld in vijf hoofdthema’s: binnenklimaat, bouwmaterialen en inrichting, ontwerp en architectuur, milieu/energie/water, en eco-sociale leefomgeving. Bouwbioloog Nathalie Groot Kormelink licht het hoofdthema binnenklimaat toe.

‘Het eerste hoofdthema ‘binnenklimaat’ is een belangrijk maar ook complex kernonderwerp van de bouwbiologie’, stelt Groot Kormelink, bouwbioloog, architect en oprichter van architectenbureau Sparc in Enschede. ‘Het bestaat uit de vier componenten: lucht, temperatuur, luchtvochtigheid en elektroklimaat, en die vier beïnvloeden elkaar op allerlei manieren. Daarnaast worden de componenten op hun beurt weer beïnvloedt door (bouw)materialen, constructietype en soort en mate van isolatie.’

Synthetische stoffen

Iedere component heeft zijn eigen unieke set van eigenschappen. ‘Neem bijvoorbeeld lucht’, zegt Groot Kormelink. ‘Je kunt kijken naar de samenstelling ervan, aanwezige stoffen/gassen of  misschien wel schimmels, geur, luchtstromen, ventilatie, luchtdruk. Het Longfonds en Milieu Centraal geven allebei aan dat het binnenklimaat in Nederlandse huizen over het algemeen niet geweldig is. En dat terwijl we het overgrote deel van de dag, vaak wel 20 à 22 uur, binnen zijn.’ 

Dat het binnenklimaat van matige tot slechte kwaliteit is, heeft onder andere zijn oorsprong in de introductie van tienduizenden synthetische stoffen sinds halverwege de vorige eeuw. Denk aan verf of textiel. Ook worden materialen aan allerlei processen onderworpen om ze sterker te maken, brandwerend te krijgen, ze te laten glimmen of plakken, of noem maar op. ‘Een bekend voorbeeld is formaldehyde, weliswaar een van nature voorkomend gas, maar wanneer verwerkt in de lijm van spaanplaat en in tientallen andere producten, is het bewezen schadelijk voor de mens. Ikea is daarom inmiddels begonnen om formaldehyde-emissies te verlagen en over te stappen op natuurlijke bindmiddelen in de houten producten.’

Luchtdicht bouwen

Ook het steeds meer luchtdicht bouwen zorgt voor slechtere lucht. ‘Natuurlijke ventilatie zoals die vroeger heel gewoon was, is in nieuwbouw vervangen door mechanische ventilatie’, zegt Groot Kormelink. ‘Ventileren is belangrijk om zuurstof in de woning te krijgen, maar ook om schadelijke stoffen zoals koolmonoxide en CO₂ en vocht af te voeren. Een gemiddeld gezin produceert zo’n tien liter vocht per dag door te douchen, te koken, en gewoon te ademen. Dat moet ergens heen natuurlijk. Mechanische ventilatie met warmteterugwinning, bij voorkeur uitgerust met CO₂-sensoren, is een goede oplossing.’ 

CO₂ is een typisch indicatorgas. Is het percentage in de lucht daarvan hoog, dan zullen andere schadelijke stoffen ook hoger scoren. Volgens het Bouwbesluit is het in een slaapkamer van 12m2 waar twee mensen slapen, nodig om 38.000 liter per uur ventileren. ‘Volgens de Bouwbiologie moet dat minimaal 60.000 liter per uur zijn. Fiets je in die kamer toevallig ook nog regelmatig op een hometrainer, dan ligt dat getal nog hoger. Corona heeft het onderwerp ventilatie wel een boost gegeven.’ 

Airconditioning is vooral in de utiliteit niet meer weg te denken. Prima, vindt Groot Kormelink. ‘Als het goed is geïnstalleerd en als het goed onderhouden wordt. Als bouwbioloog ben ik van mening dat airco in woonhuizen niet nodig is. Maar dan moet in het ontwerp van de woning wel zijn meegenomen dat er ’s nachts passief geventileerd kan worden, het huis goed geïsoleerd is tegen zomerwarmte en de ramen op oost, zuid en west voorzien zijn van buitenzonwering. Zo houd je de warmte buiten en mocht het huis toch wat opgewarmd zijn, dan kan het met passieve nachtventilatie ’s nachts gekoeld worden.’

Temperatuur

Het op één temperatuur houden van een woning is volgens de bouwbiologie geen goed idee. Groot Kormelink legt uit: ‘Je lichaam is erop gebouwd om zich aan te passen aan verschillende temperaturen, het kan het immuunsysteem herstellen en versterken. In de natuur zijn vlak naast elkaar grote verschillen te vinden, zoals in de zon of in de schaduw, met of zonder wind, op stenen of houten vloer. Mensen die in een Passief Huis wonen, waar de temperatuur door het hele huis constant is, worden niet voor niets aangeraden om wat vaker naar buiten te gaan.

‘Temperatuur is trouwens best een subjectief begrip’, vervolgt ze. ‘Het is te meten natuurlijk, maar niet iedereen ervaart het hetzelfde. De een verblijft graag in een ruimte van 22 graden, iemand anders vindt 19 graden prettig. Ook of je stilzit of beweegt maakt een verschil.’

Over wat onprettig is, zijn mensen het sneller eens. Koudeval bijvoorbeeld. Als de temperatuur van de wanden en vloeren in een woning te veel verschillen van de binnenluchttemperatuur, ontstaan er luchtstromen. ‘Je moet er eigenlijk voor zorgen dat het verschil tussen wand en vloer en van de binnenluchttemperatuur, niet groter is dan twee graden minder of vijf graden meer (gemeten op 10 cm afstand van de wand of vloer). Hoger dan dat en de luchtstromen worden als onprettig ervaren.’

Onder temperatuur valt ook verwarming. Groot Kormelink: ‘Stralingswarmte past goed binnen de filosofie van de bouwbiologie omdat het het meeste lijkt op de warmte van de zon. Dat kan als wand- of vloer- of zelfs plafondverwarming geïnstalleerd worden, maar ook infraroodpanelen en een houtkachel geven stralingswarmte af. Bouwbiologisch gezien is een houtkachel in verband met de uitstoot van fijnstof geen goed alternatief, maar het is wel stralingswarmte.’ 

Luchtvochtigheid en elektrostatische lading

Vanuit medisch perspectief wordt een relatieve luchtvochtigheid van ongeveer 45-50% vaak omschreven als optimaal bij gewone binnenluchttemperaturen. In de winter is het vaak moeilijk om dat percentage te halen, omdat een verwarmingssysteem vocht aan de lucht onttrekt. ‘Het nadeel van droge lucht is dat zich gemakkelijker stof ontwikkelt en dat er elektrostatische lading ontstaat. Elektrostatische lading trekt ook weer stof aan, en op stof kunnen virussen zich gemakkelijk vasthechten. Een te hoge luchtvochtigheid is ook niet goed trouwens, want dat vergroot de kans op schimmelvorming, condensatie en andere vochtproblemen.’

Gezonde Woning Keur

Mensen lopen al twee miljoen jaar op de aarde rond, maar we komen dus pas sinds 1950 op grote schaal met synthetische stoffen in aanraking. ‘Hoe die zich op termijn houden en welke effecten ze op de lange duur hebben, weten we nog niet precies’, zegt Groot Kormelink. ‘Van veel dingen is wel al lang bekend dat ze niet goed zijn voor de gezondheid, maar het duurt vaak jaren voor de wetgeving is veranderd. Kijk maar naar asbest, naar verf op terpentinebasis en noem maar op. Wachten op wetgeving is een mogelijkheid, maar iedereen kan natuurlijk zelf duurzame en gezonde keuzes maken. Gelukkig zijn er in de bouwsector goede initiatieven te vinden. Zo is onlangs het keurmerk Gezonde Woning Keur in het leven geroepen. Luchtkwaliteit wordt daar bijvoorbeeld specifiek in meegenomen, net als allerlei andere thema’s die samen aantonen dat een woning gezond is. Het eerste keurmerk is uitgereikt aan Trebbe voor de ontwikkeling en realisatie van Newtonpark in mijn eigen stad Enschede. Hoe mooi is dat!’ 

Gerelateerde artikelen